Het commando plot
kan een rijtje tekenen:
a = c(30, 40, 50)
plot (a)
Langs de x-as (horizontaal) staat hier de index (het huisnummer binnen de straat a), langs de y-as (verticaal) de waarde die in elk huis woont. Dus de punten zijn (1, 30), (2, 40) en (3, 50). Het commando plot kan ook twee rijtjes (van dezelfde lengte) tekenen:
a = c(30, 40, 50)
b = c(800, 1000, 500)
plot (a, b)
Langs de x-as staan hier de waarden van a, langs de y-as de waarden van b. De twee rijen moeten het liefst evenveel elementen hebben, zodat ze gepaard kunnen worden: de punten (30, 800), (40, 1000) en (50, 500) worden getekend.
Als je lijntjes wilt in plaats van rondjes, en nog meer moois:
plot (a, b, type = "l", xlim = c(0,100), ylim = c(400,1000),
main = "Mijn data", xlab = "maat", ylab = "aantal")
Het commando plot
heeft erg veel mogelijkheden, die je allemaal kunt combineren. Probeer maar uit! Hier zijn er een paar (zie verder Help):
type = "l"
lijntjes in plaats van rondjestype = "p"
puntjes in plaats van rondjestype = "h"
paaltjes in plaats van rondjestype = "n"
geen rondjesmain = "Mijn data"
vet bovenschriftxlim = c(0,100)
het domein van de x-asylim = c(0,1000)
het bereik van de y-asxlab = "maat"
label van de x-asylab = "aantal"
label van de y-aslwd = 6
lijndikte 6xaxt = "n"
geen getallen langs de x-as (“x-axis type”)col = "blue"
kleur de rondjes of lijntjes blauwlty = 2
streeplijnlty = 3
stippellijnNadat je plot
gedaan hebt, kun je nog de volgende commando’s gebruiken om dingen aan het plaatje toe te voegen:
lines (a, b)
lijntjespoints (a, b)
puntjestext (a, b)
tekstaxis (kant,...)
assen aan kant 1 (onder), 2 (links), 3 (boven) of 4 (rechts)In veel van deze commando’s kun je ook weer lwd
, col
, en lty
gebruiken. Zie Help over al deze commando’s en over par
.